Een oorlogsmonument is een gedenkteken, kunstwerk of bouwwerk ter herinnering aan een oorlog, een overwinning of ter ere van degenen die zijn omgekomen of gewond geraakt. In de gemeente Borne staan 14 monumenten en daarnaast liggen er 74 Stolpersteine, die individueel slachtoffers herdenken.


Het ‘centraal monument’, met in reliëf het gemeente- en Rijkswapen, is een ontwerp van Jan Jans en werd onthuld op 3 april 1950.


Jan Christiaan Vonk was een moedige man die in de bloei van zijn leven middenin een oorlog terechtkwam en op 24-jarige leeftijd werd gefusilleerd. In de Tweede Wereldoorlog was deze zoon, van destijds een winkelier aan de Grotestraat in Borne, een jonge kerel met bravoure en een grote drang naar avontuur.


Stolpersteine, ook bekend als struikelstenen, is een project van de Duitse kunstenaar Gunter Demning (1947 Berlijn). Het is een over geheel Europa verspreid monument voor de slachtoffers van het nationaal-socialisme.


Het monument ’50 jaar na dato’ in Borne is een gedenkmuur van rode baksteen, waarop een in brons gegoten jas met davidster en een citaat uit de Talmoed in bronzen letters zijn aangebracht.


Het monument op de Joodse begraafplaats in Borne bestaat uit een stenen zuil en een gedenksteen.
De namen van de oorlogsslachtoffers zijn niet op het monument vermeld, wel is een lijst met namen opgehangen in het metaheirhuis op de Joodse begraafplaats.


Het monument aan de Rondweg in Borne is een gedenkteken met een eenvoudig kruis van graniet. Het kruis is 75 centimeter hoog, 40 centimeter breed en 10 centimeter diep.


Op 3 april 1945 is Borne bevrijd door o.a. het 4th Dorsetshire Regiment. Nadat de Duitsers hadden geprobeerd de Welemansbrug op te blazen werd Frederick (Fred) Nachbaur, slechts gewapend met een geweer, als verkenner vooruit gestuurd.


Het monument aan de Mekkelhorstweg in Borne bestaat uit een met riet overkapt landkruis met Christusfiguur van Bentheimer zandsteen en een plaquette. Het monument is rond het jaar 2000 geheel gerestaureerd en is gedraaid , zodat het nu aan de Tuinlaan staat, richting wijk de Bornsche Maten. Bij het monument is een verklarende tekst geplaatst.


De 130e Infanterie Brigade (Brits) geeft op 3 april 1945 het 4e Dorset regiment (infanterie) het bevel de opmars te beginnen voor de bevrijding van Borne. Ter ondersteuning wordt het C-eskadron Sherman tanks van de Nottinghamshire Sherwood Rangers Yeomanry toegevoegd.


Het graf van Hendrik Oude Egberink op het kerkplein is al jaren de officiële herdenkingsplek voor Hertme. Hendrik Oude Egberink was in de jaren 1940 – 1945 leider van het plaatselijk verzet tegen de bezetter. Hendrik heeft samen met anderen, met gevaar voor zijn eigen leven, vele mensen geholpen die in nood zaten.


Bote, een 23-jarige student in de Franse taal, was thuis ondergedoken in Bergentheim, omdat hij geweigerd had de loyaliteitsverklaring te tekenen, die de Duitsers voor studenten verplicht hadden gesteld. Met onderbreking van een verblijfsperiode bij de familie Ter Avest, heeft Gerald Hood tot aan de dag van zijn dood met Bote van de Wal opgetrokken.


Het monument ‘En weer weent een moeder om het verlies van haar zoon’ in Zenderen (gemeente Borne) is een bronzen beeld van een vrouwenfiguur en twee mannenfiguren. Het beeld is geplaatst op een voetstuk van natuursteen. Het beeld is 1 meter 30 hoog, 1 meter 10 breed en 1 meter 50 diep. Het voetstuk is 93 centimeter hoog, 1 meter 20 breed en 1 meter 50 diep.


Aan de Retraitehuisweg staat een gedenkteken voor Huize Lidwina, het hoofdkwartier van de Twentse KP onder leiding van Cor Hilberink, dat op 23 september 1944 door de Duitsers werd overvallen. Daarbij lieten drie verzetsmensen het leven.


Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog, in het najaar van 1944, zetten de Duitsers het V-1-wapen in als vergelding voor de massale bombardementen van de geallieerden op hun grondgebied. V-1 is een afkorting van “Vergeldingswapen-1”. Het was een onbemand straalvliegtuig met explosieve lading. 

Onderstaande video brengt u langs de oorlogsmonumenten in Borne, Hertme en Zenderen.